fakkel

fakkeltjes.be

  1. Digitale planeet
  2. Dossiers

Wereldoorlog I

De geschiedenis telt – helaas – vele oorlogen. Toch is deze oorlog anders. Men spreekt van de Grote Oorlog of de Eerste Wereldoorlog. Bijna heel de wereld is betrokken partij. Er wordt gevochten in Europa, maar ook in het Midden-Oosten, Azië en Afrika. Te land, ter zee en in de lucht.

Sterke Duitsers

Duitsland is in het begin van vorige eeuw een machtig land. De industrie zorgt voor veel welvaart. De Duitsers hebben bovendien het grootste leger en de grootste zeemacht van alle Europese landen.
Frankrijk betrouwt dit zaakje niet. Frankrijk heeft al eens een oorlog tegen Duitsland verloren. Zo een vernedering zal hen geen twee keer overkomen. De Fransen sluiten een pact met de Engelsen en de Russen. Maar ook Duitsland heeft vrienden. In de eerste plaats het grote Oostenrijk-Hongarije. Maar ook het Ottomaanse rijk, later bekend als Turkije, staat aan de Duitse kant.

De vijand, in dit geval de Duitsers, werd altijd heel bruut geportretteerd. Hier wordt een Duitser voorgesteld als een woeste King Kong.

In de straten waren er veel posters te vinden die jonge mannen opriep om naar het oorlogsfront te trekken.

Het begin

Op 28 juni 1914 pleegt een Servische terrorist een aanslag op Franz Ferdinand, de troonopvolger van Oostenrijk-Hongarije. Oostenrijk-Hongarije is boos omwille van deze actie en verklaart de oorlog aan Servië. Zo begint de bal te rollen. Rusland is een bondgenoot van Servië en verklaart de oorlog aan Oostenrijk-Hongarije.
Duitsland is dan weer een bondgenoot van Oostenrijk-Hongarije en verklaart de oorlog aan Rusland. Frankrijk, een vriend van Rusland, gaat zich met de zaak bemoeien en zo verklaart Duitsland ook de oorlog aan Frankrijk.

Op korte tijd zijn er twee grote blokken van landen in oorlog met elkaar: de Geallieerden en de Centrale Mogendheden.

Europa in 1914

  • Groen: de Geallieerden met onder andere België, Frankrijk, Rusland en het Verenigd Koninkrijk
  • Oranje: de Centrale Mogendheden met onder andere Duitsland, Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse rijk
  • Grijs: Neutrale Landen

België

Duitsland wil Frankrijk via België aanvallen. België laat dit niet toe en biedt weerstand. De Belgen waren echter onmachtig tegen het sterke Duitse leger. Ze trekken zich al gauw terug naar het westen van het land, naar Ieper en Diksmuide. Franse en Engelse troepen schieten te hulp. Er wordt een halt toegeroepen aan de opmars van de Duitsers. Vanaf de Elzas, een streek in Frankrijk aan de Duitse grens, tot aan de kust graven de Geallieerden zich net als de Centrale Mogendheden in. Geen van beide partijen kan de ander écht terugdringen. De loopgravenoorlog is begonnen.

De loopgraven

De gevechtsloopgraven zijn diepe moddergrachten die vaak onder water staan. Het wemelt er van het ongedierte, maar het allervervelendste is misschien nog wel de stank. Er wordt voortdurend van de ene naar de andere loopgracht geschoten. Vooral om de tegenstander af te schrikken, maar soms ook gewoon uit verveling.
Tussen de eigen loopgraven en die van de vijand bevindt zich een slijkerig terrein met prikkeldraad: het niemandsland. Om de zoveel tijd vindt er een aanval plaats. Eerst schieten de kanonnen op de stellingen van de tegenstander. Dit duurt uren, soms zelfs dagen lang. Daarna springen de soldaten uit de loopgraven met het doel de vijandelijke loopgracht te veroveren. Dit mislukt bijna altijd en zorgt steeds opnieuw voor vele doden en gewonden.

Het thuisfront

In de Belgische dorpen en steden valt het leven stil. De gezonde mannen tussen 18 en 45 jaar zijn naar het oorlogsfront. Nu spelen de bejaarde mannen de baas. Vrouwen hebben weinig te zeggen. Ze moeten wel dubbel zo hard werken: in de keuken en op het veld. Als de gewonden toenemen, gaan veel vrouwen dienen als verpleegster.

De echte baas in België was de bezetter: de Duitsers. Alle vormen van protest worden hardhandig onderdrukt. Niemand mag nog zijn mening geven. Alle kranten worden verboden.
Ook in Frankrijk en Engeland bestaat er geen vrije pers meer. De overheid wil enkel positieve berichten over de eigen troepen laten horen. Het volk mag namelijk de moed niet verliezen. Dit zorgt ervoor dat de soldaten aan het front vinden dat hun ellende niet serieus wordt genomen.

Veel mensen sloegen tijdens de oorlog op de vlucht. Ook vandaag zijn er veel mensen op de vlucht van oorlog. Maar in Europa vinden ze niet altijd hun geluk. Deze Afghaanse vluchtelingen zijn dakloos en schuilen onder een brug in Parijs. Zinloos geweld Veel soldaten zijn het beu om als kanonnenvoer te dienen. Ze beseffen dat de vijandelijke soldaten in hetzelfde schuitje als hen zitten: ze vechten ook in een oorlog die ze niet willen. Sommigen onder hen plegen muiterij. Ze stoppen met vechten en proberen te vluchten. Op muiterij staat de doodstraf. Het wordt aanzien als landverraad.

Einde van de oorlog

De Amerikanen weten lang niet goed wat te doen. Ze willen vrienden blijven met Duitsland, want ze verdienen veel aan de handel met de Duitsers. Anderzijds willen ze ook Engeland helpen waarmee ze goede relaties hebben. Nadat Duitsland met hun onderzeeërs neutrale schepen keldert, gaan De Verenigde Staten overstag.
Wanneer de Amerikaanse troepen de Geallieerden te hulp schieten, worden de Duitsers teruggedrongen.
Na 4 jaar strijd verliezen de Centrale Mogendheden de oorlog.

De tol

De tol is groot. Over heel de wereld zijn er miljoenen doden en gewonden.
Er heerst veel armoede, niet in het minst bij de Duitsers die veel van hun bezittingen moeten afstaan.
De armoede en frustratie bij de Duitsers zal op termijn leiden tot de Tweede Wereldoorlog.
Bij oorlog zijn er nooit winnaars.

terug naar boven