fakkel

fakkeltjes.be

  1. Digitale planeet
  2. Dossiers

Wonen

Droom jij van een trendy loft in een hoog appartemensgebouw? Of houd je liever de voeten op de grond en ga je voor een eenvoudige bungalow? Misschien is een woonboot wel de woning van je dromen? Hoe we (willen) wonen zegt veel over wie we zijn.

(cc) Bobak Ha'Eri

Groepsdier

Veel dieren, waaronder de mens, zijn groepsdieren. De eerste mensen ontdekten dat samenleven en -wonen voordelen met zich meebrengt. Eén van die voordelen is dat je in groep veiliger bent dan alleen. Een groep staat sterker tegenover externe vijanden. Bovendien kunnen sterkere groepsleden de zwakkere helpen.

Toch zijn er ook diersoorten die eenzaten zijn. Deze dieren zoeken elkaar alleen op in de paartijd.

Dat mensen groepsdieren zijn, wil nog niet zeggen dat ze ook altijd samenwonen. Sommige mensen vinden het prettig om op zichzelf te wonen, terwijl anderen de voorkeur geven aan een huis vol leven. Sommigen wonen liever afgelegen, anderen zweren bij de drukte van een stad.

Nomaden

Mensen leefden duizenden jaren lang als nomaden: ze trokken van plek naar plek op zoek naar eten. Ze schuilden in grotten of in simpele tenten. Toen mensen leerden hoe ze aan landbouw konden doen, bleven ze op één plek. De eerste echte nederzettingen waren een feit.

Weetje: Vandaag zijn er nog steeds volkeren die leven als nomaden, zoals de Toeareg. Deze nomadische veetelers trekken met hun tenten rond in de Sahara.

De eerste huizen

De eerste huizen waren eenvoudige bouwwerken. Primitieve hutten werden gemaakt van gevallen boomstammen en takken. Bladeren, riet of stro hielden de regen buiten. Huizen zijn doorheen de eeuwen steeds steviger, properder en comfortabeler geworden. Moderne huizen worden gebouwd met bakstenen, staal en beton. Toch gebruiken we vandaag ook nog plantaardige materialen. Denk maar aan houten deuren, ramen, vloeren en kasten.

p>

Weetje:b> bomen die langzaam groeien zoals eik en beuk zorgen voor hardhout. Dit hout is van betere kwaliteit dan snelgroeiend zachthout zoals van de spar of den.

Elk huis is een verhaal

Huizen bouwt men met de materialen die voorhanden zijn. Zo vind je aan de Noordpool iglo’s gemaakt van sneeuw, terwijl men zich in arme sloppenwijken voornamelijk moet behelpen met afval. Vandaag gaan bouwmaterialen de hele wereld rond. Dat zorgt ervoor dat moderne steden een mengelmoes van verschillende stijlen zijn.

Als je in een huis gaat snuisteren, kan je iets afleiden over zijn bewoners. Hoe rijk ze zijn, wat hun hobby’s zijn, welke kleuren ze graag zien, welke kledingstijl ze hebben, hoe belangrijk ze hygiëne vinden …

Wat zegt de wet? Bescherming tegen dak- en thuisloosheid is een kinderrecht.

Kinderen hebben recht op bescherming tegen dak- en thuisloosheid. Ze hebben recht op bescherming en zorg. Hun levensstandaard moet ze in staat stellen om zich voluit te ontwikkelen. Hun privéleven en woning moet beschermd worden tegen aantasting en inmenging.
kinderrechtencommissariaat.be

Aan het woord

Miro: “Ik woon samen met m'n mama en papa op een appartement. Ik heb een eigen kamer, maar ik speel meestal in de living. Soms speel ik samen met de andere kinderen op de parking van het appartement, op het grasveldje mogen we van de conciërge niet komen. Ik mis het soms wel om een tuin te hebben.”

Yani: “Mijn ouders zijn dokters. Ze werken beiden in het ziekenhuis. Vaak zijn ze pas laat thuis. Sommige dagen zie ik ze enkel tijdens het ontbijt. We wonen in een grote villa. In de living staat een grote tv en mijn spelconsoles. Ik heb m'n eigen kamer, maar wel met een kleine tv.”

Isis: “Mijn papa was niet lief voor mama. Daarom zijn we gevlucht. Ik leef nu samen met mama in een opvangtehuis in een andere stad. Ik ben blij dat we weg zijn, maar ik mis het om een eigen plek te hebben. M’n schoolvrienden zie ik ook niet meer, dat is erg rot.”

Mo: “Mijn mama is huisvrouw. Dat is leuk voor mij. Zo staat er altijd een vieruurtje klaar als ik thuiskom! Maar ze is wel streng. Als ik niet op tijd thuis ben, krijg ik straf. Papa werkt tot zeer laat, maar hij komt me elke avond nog instoppen. Pff, ik ben toch geen kind meer!”

Jonas: “Mijn gezin kan je wel speciaal noemen. Ik heb namelijk geen papa, maar twee mama's! Dat kom je niet zo vaak tegen, maar voor mij is dat volledig normaal. Ik vind het fijn zo, ik zie mijn mama’s graag. In de voetbalclub maakt iemand soms mopjes over mijn mama’s. Dat kwetst toch een beetje ...”

Ann: “Mijn beste vriendin heeft een zot zalig huis. Ze heeft niet alleen een eigen kamer, maar ook een badkamer en speelkamer helemaal voor zichzelf. We kijken altijd naar de laatste nieuwe films op haar televisie. Ze heeft al vaak gevraagd om bij mij te komen spelen, maar … ik schaam me een beetje. Ik heb thuis helemaal niet zo'n mooie spullen als zij. Ik heb schrik dat wanneer ze mijn huis ziet ze niet meer mijn vriendin wil zijn ...”

Manon: “Mijn ouders zijn enkele maanden geleden gescheiden. De ene week verblijf ik bij mama, de andere bij papa. Bij mama moet ik altijd aan tafel zitten om te eten, bij papa eet ik vaak gewoon in de zetel. Ik vind het heen en weer verhuizen best lastig, soms vergeet ik belangrijke spullen mee te nemen en dan ontstaat er altijd discussie.”

Verhuizen

Weinig mensen wonen heel hun leven in hetzelfde huis. Mensen verhuizen om verschillende redenen. Soms is een verhuis nodig omdat vader of moeder een nieuwe job heeft. Sommige mensen willen groter of net kleiner gaan wonen. Nog een reden kan zijn dat mensen dichter bij familie willen zijn of gewoon een nieuwe sfeer willen opsnuiven. Verhuizen kan leuk en spannend zijn, maar soms ook moeilijk omdat je vrienden moet achterlaten. Je hebt ook mensen die op de vlucht zijn voor oorlog of ander gevaar. Zij verhuizen uit noodzaak.

Geven en nemen

Mensen die samenwonen maken soms ruzie. Over wie er het televisieprogramma mag kiezen, wie er op de tablet mag spelen, wiens beurt het is om het vuilnis buiten te zetten, wie het dopje van de tandpasta heeft opengelaten … Als je met iemand samenwoont kan je niet altijd zomaar je zin doen. Soms moet je afwegingen maken en ook de ander iets gunnen. Het kan helpen om goede afspraken te maken. Bijvoorbeeld als iedereen een vast klusje heeft, ontstaat er minder discussie of iedereen wel z’n steentje bijdraagt. Samenwonen betekent dat je moet delen. Daarnaast kan het ook fijn zijn om een eigen plek te hebben in het huis. Dat kan een eigen bed, speelhoek of een hele kamer voor jezelf zijn. Niet iedereen heeft een kamer voor zichzelf. In veel landen is het zelfs de gewoonte dat kinderen een slaapkamer delen.

terug naar boven